-
1 bidding
n. bod; gebod[ bidding]♦voorbeelden: -
2 do someone's bidding
-
3 плясать под дудку
vgener. (чью-л.) naar (iemands) pijpen dansenRussisch-Nederlands Universal Dictionary > плясать под дудку
-
4 dance to someone's piping
-
5 piping
adj. fluitend; schreeuwerig--------n. pijp; buis; fluiten; buizenstelselpiping1[ pajping] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————piping2————————piping3〈 bijwoord〉♦voorbeelden: -
6 Geige
-
7 Pfeife
Pfeife〈v.; Pfeife, Pfeifen〉3 pijp, tabakspijp♦voorbeelden:1 gedackte Pfeifen • gedekte, gesloten orgelpijpen¶ 〈 spreekwoord〉 aus fremdem Rohr ist gut Pfeifen schneiden • uit andermans leer is het goed riemen snijden -
8 nach jemandes Geige tanzen
nach jemandes Geige tanzenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > nach jemandes Geige tanzen
-
9 nach jemandes Pfeife tanzen
nach jemandes Pfeife tanzenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > nach jemandes Pfeife tanzen
-
10 bout
bout [boe]〈m.〉3 stukje ⇒ eindje, deeltje♦voorbeelden:1 manger du bout des dents • met lange tanden eten, kieskauwenrire du bout des dents, des lèvres • flauwtjes lachensavoir, connaître qc. sur le bout du doigt • iets op z'n duimpje kennenavoir de l'esprit jusqu'au bout des doigts, des ongles • heel geestig zijnbout filtre • filtermondstukavoir un mot sur le bout de la langue • een woord voor op de tong hebben liggenparler du bout des lèvres • prevelenle bout du nez • het topje van de neusse laver le bout du nez • een kattenwasje doenne pas voir plus loin que le bout de son nez • niet verder kijken dan zijn neus lang ismener qn. par le bout du nez • iemand naar zijn pijpen laten dansenle bout de l'oreille • het tipje van het oormontrer le bout de l'oreille • zich verradenle bout du sein • de tepeltenir le bon bout • op de goede weg zijnjoindre les deux bouts • de eindjes aan elkaar knopenbout à bout • tegen elkaar aanmettre bout à bout • aaneenvoegenpousser qn. à bout • iemand razend, radeloos makenà tout bout de champ • om de haverklaptirer à bout portant • van heel dichtbij schietend' un bout à l'autre • van het begin tot het eindede bout en bout • van het begin tot het eindeon ne sait par quel bout le prendre • je weet niet hoe je met hem om moet gaanêtre à bout de nerfs • op zijn van de zenuwenêtre à bout • ten einde raad zijnmener à bout • tot een goed einde brengenma patience est à bout • mijn geduld is opvenir à bout de qc. • iets klaarspelen, bolwerkenvenir à bout d'un travail • een karwei klarenvenir à bout de qn. • iemands weerstand brekenau bout de • aan het einde van, na afloop van, na〈 figuurlijk〉 au bout du compte • per slot van rekening, tenslottejusqu'au bout des ongles • door en door, op-en-topaller jusqu'au bout • tot het uiterste (door)gaan, doorzetten〈 film〉 bout d'essai • screentest, proefopnameun bout d'homme • een klein mannetjeun bout de lettre • een kort briefjeun bon bout de temps • een flinke tijdfaire un bout de toilette • een kattenwasje doendu bout des doigts • héél voorzichtigm1) einde2) uiteinde, top, punt3) afloop, verloop4) stukje, eindje
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский